Portugal 1998

Dinsdag 16-06-1998

 Vandaag op weg naar Portugal voor een nieuw fietsavontuur. We vertrekken om half twaalf met Jan en Riet naar schiphol. De temperatuur in Nederland is 18 ° niet erg warm dus.

Na een goede vlucht en een lekkere maaltijd onderweg ( lasagne ), landen we om17.00 uur op vluchthaven Sá Carneiro Oporto. Even wachten op de koffers en dan met een taxi naar ons Hotel in Oporto: Recidencial dos Aliados. Het is een oud bouwwerk wat helemaal wordt opgeknapt. We hebben niet de meest luxe kamers maar het is wel schoon. Er is een probleem met onze deur als we de deur afsluiten aan de buitenkant, duw je hem zo weer open, hetgeen een beetje onveilig gevoel oproept. De koffer wordt daarom elke keer op slot gedaan met alle spullen erin.                  

Na een korte opfrissing trekken we er opuit om Porto te verkennen. Het weer is hier heerlijk het moet zo ongeveer 25 graden zijn dat voelt toch beter dan die 18 in Nederland. Ons hotel licht aan een plein, in het midden een prachtige groenstrook met veel vormsnoei en overal fonteinen waarvan de meeste  helaas niet in werking zijn. We lopen richting water onderweg rollen we van de ene verbazing in de andere. Vele gevels zijn hier getooid met tegeltjes waarop ( in het Delftsblauw ) hele taferelen zijn afgebeeld rijkdom en armoede is hier met elkaar verweven tot een  op sommige plaatsen smerige bende. Er staan werkelijk prachtige bouwwerken tussen met mooie gevelversieringen. Aan de Douro is het een drukte van belang, achteraf blijkt dat er net een lijk wordt opgevist. De ijzeren boogbrug de Ponte Luis-1 torent hoog boven het water het is een dubbel dekker waar kontstand een stroom verkeer overheen dendert. We lopen hier op de Ribeirakade het historische centrum van Porto, het is hier heerlijk om in het zonetje aan het water te lopen, we gaan de brug over naar het Sandeman terras aan de overkant, en drinken een heerlijk glas bier genietend van de zon aan het water dat is pas vakantie. We bellen even naar huis dat alles oke is. Dan terug de brug over en bij Casa Pesa Arroz, een knus restaurantje genieten we de maaltijd (lamsvlees). Dan terug richting hotel het is ondertussen ook al donker. We bekijken nog even de mankette over de wijnbouw in porto, en in de hotelbar drinken we nog een biertje en dan naar bed uitrusten voor de reis morgen met de bus naar Ermelo.

Woensdag 17-06-1998

Vandaag de busreis naar Ermelo. Na het ontbijt wat niet tegenviel, er zijn hier heerlijke broodjes alleen de koffie is erg sterk voor de vroege ochtend, sjorren we de koffers naar een taxistandplaats om de hoek. Hier vangt dan de eerste attractie aan: Hoe krijgt een taxichauffeur 3 grote (zware) koffers in een kofferbak? Een hoop gesjor geduw twee toesnellende taxichauffeurs die het beter weten heftige discussie in het Portugees voor ons dus niet te volgen en uiteindelijk brengt een oud hemd de oplossing, daar wordt de kofferbak mee dicht gebonden. We kunnen instappen. Cor heeft de bestemming steeds op een briefje geschreven en dat blijkt een goede zet. Op naar het busstation. Na een beetje dolle rit gaan de mannen rond kijken hoe het hier in elkaar zit en komen even later met kaartjes terug.

Het busstation blijkt onder een winkelcentrum te zitten de winkels openen om 10.00 uur. Wij willen even rondkijken wat er zoal zit maar worden door de bewaking teruggefloten, je komt er voor 10.00 uur hier niet in. Dan maar even koffie drinken beneden. In de supermarkt kopen we een fles water voor onderweg want de rit duurt een uur of drie. Na een wilde busrit met een oude touringcar dwars door de bergen, onderweg stapt er van alles in: mensen die naar de markt geweest zijn, met kippen en zakken vol kool of toiletpapier. Langzamerhand bekruipt mij het gevoel dat we terug gaan in de tijd.  Als we in Mondin de Basto aankomen rest ons nog een taxirit naar Ermelo, die wordt meteen voor ons door de buschauffeur geregeld. Ze doen hier alles voor je, het lijkt wel of ze blij zijn dat ze buitenlanders zien. Na een nog dollere taxi rit nog verder de bergen in worden we tenslotte in Ermalo bij Café Silva afgezet. We worden heel hartelijk ontvangen door Benedita da Silva. Benedita spreekt duits een ware verrasing zij hebben jarenlang in Duitsland gewoond en gewerkt.

We krijgen onze kamers toegewezen: links een en rechts een en zoek het verder maar uit wij gaan rechts binnen en jawel een plaatsje tussen de familie portretten. Even rondkijken, koffer open omkleden en dan fiets inspectie: mountainbikes. De eerste proefronde gaat van start, de afstand bedraagt 21 km, fluitje van een cent roepen wij dan maar daar komen we al snel achter, de eerste 10 km is het alleen maar klimmen in het park natural de Alvão, gelegen op de westhelling van de bergen die de vochtige lucht van de Atlantische Oceaan vasthouden en condenseren waardoor het er hier mooi groen uitziet en niet dor en droog.

Desondanks is het afzien: we zijn de hoogte en de warmte niet gewent en dan alleen maar klimmen.  Maar het is de moeite waard, het is hier geweldig mooi, zo ongecompliceerd natuurlijk bijna sprookjesachtig. Als we weer terug richting Ermelo rijden ontstaat het gevoel dat we als het ware door een tijdmachine gaan dat gevoel zal de komende dagen nog sterker worden. Wat we hier zien is werkelijk ongelooflijk: mensen die op een ezel rijden, vrouwen die alles op hun hoofd dragen, de was wordt nog in de plaatselijke wasbak gedaan en overal lopen mensen met ossen en geiten te sjouwen. Na de waterval, die tegenviel,

krijgen we na een paar km’s eindelijk een afdaling. Onderweg hebben we nog evengedoe met het tijdsverschil van een uur. Cor heeft namelijk zijn sport horloge nog niet bijgezet en zodoende denken we dat het later is, waardoor enige paniek ontstaat dat we niet op tijd voor het eten in Ermelo zijn. We hebben om 20.00 uur gereserveerd. We gunnen ons dan ook geen tijd meer om onderweg te filmen. Als we terug zijn vallen we doodmoe op het terras en weten we nog een woord uit te brengen: bier! . We maken hier ook kennis met Dolce Maria, de zus van Benedita die ons later op de avond wegwijs maakt in de Portugese taal. Het bier smaakt goed en langzaamaan bekomen we weer. Het was echt afzien. We kunnen aan tafel, ook al zo iets  komisch, de soep werd opgediend in kerstborden en overal stonden nog niet uitgepakte cadeaus. Het eten smaakt heel goed alleen veel te veel.  We krijgen fruit toe waaronder sinasappels van eigen boom die smaken erg lekker. We drinken de koffie op het terras en krijgen cake erbij speciaal voor ons gebakken. Als de familie zelf gegeten heeft komen ze nog een praatje maken Ondertussen douchen wij om de beurt want daar hadden we nog geen tijd voor gehad, en tenslotte rollen we uitgeput in bed.

Donderdag 18-06-1998

We worden door hanengekraai gewekt en een of andere auto verpest de landelijke rust met luide muziek, het blijkt later de visboer te zijn. Het ziet er buiten al weer stralend uit dus ontbijten we op het balkon, een goed begin van de dag. Na het ontbijt worden de fietsen geladen en trekken we er op uit. Meteen maar weer flink klimmen het is zwaar, verschrikkelijk zwaar maar met alles wat we zien is het de moeite. We twijfelen wel aan de zwaarte aanduiding in de reisgids. Als we bijna ons water op hebben en geen cafeetje in de buurt, is er plots een schooltje midden in het niets, en daar krijgen we water de leraar spreekt Engels en wil natuurlijk weten waar we vandaan komen en waar we naar toe gaan. De kinderen vinden het prachtig, een welkome afwisseling voor hen. Onderweg ontmoeten we ook een man en vrouw met een paar koeien aan de wandel, later wordt het duidelijk dat dit hier de dagelijkse gang van zaken is. We komen in een oud dorpje opgetrokken uit granietblokken met daken van stro, het lijkt een openluchtmuseum, het wordt echter nog helemaal bewoond. We rijden zo weer verder terug in de tijd. We drinken koffie  bij Cristina in de ‘cantina’ en bij de volgende stop zorgen we weer voor flinke paniek: we willen eten en de bediening verstaat ons niet dus moet er weer iemand opgetrommeld worden en jawel hij spreekt duits en eten wordt meteen geregeld, met vliegt hier letterlijk voor je. Cristina komt even kijken of we hier toch geariveerd zijn zij had ons namelijk naar hier verwezen. Even later komt er ook nog een Belgisch stel binnen zij rijden een tocht op de moter.  We vervolgen onze tocht deels lopend deels fietsend, komen nog langs een stuwmeer en uiteindelijk bereiken we Vila Real en dan is de kwelling nog niet voorbij want het blijft stijgen tot we bij Residencial São Domingos zijn alwaar we overnachten We krijgen eerst een brief onder onze neus en moeten tekenen voor het gebruik van de fiets zodat eventuele schade op ons verhaald kan worden, we schrijven

meteen alle gebreken van de fietsen op dat ze zich daar maar eens druk om maken. Na een verkwikkende douche brengen we eerst een bezoek aan de ‘flappentap’ want dat wordt ondertussen toch wel een keer tijd. We eten vis: Bacelou, in een klein restaurantje met een beetje komische bediening. Overal waar je hier gaat eten komt er meteen een schaal olijven op tafel dus heb je meteen wat te knabbelen. Na het eten lopen we weer naar het terrasje en drinken een lekker wijntje, kost hier haast niets. Om twaalf uur rollen we ons bed in. Het was een zware dag, de avond was heerlijk.

Vrijdag 19-06-1998

Vandaag moeten we ‘buiten de deur’ ontbijten we lopen naar het  cafeetje van gisteravond, de koffie is hier smorgens niet te drinken dus proberen we maar thee. We kopen nog water voor onderweg en dan op weg naar Pinhão, een afstand van 45 km. Kijken wat ons vandaag weer te wachten staat. We brengen eerst een bezoek aan het Mateuspaleis, bekend van de Mateusrose. De weg erheen is licht stijgend maar goed te doen. Het is een mooi paleis omgeven door een prachtige tuin, heel veel buxus vormsnoei en hagen. We maken hier een rondleiding het is echt de moeite waard het hele paleis heeft nog zijn authentieke inrichting. Vervolgens rijden we richting Assento alwaar een Romeinse opgraving te bezoeken is. Onderweg worden we nog toegeroepen door een Duitssprekende vrouw, wij hebben geen lust in een praatje dus rijden door. De opgraving stelt niets voor: een stapel keien en dat is het dan dus rijden we maar door, we hebben al een paar dagen stapels keien gezien. Bij een cafeetje onderweg drinken we koffie, de bediening is niet erg vrolijk. Even verder is een restaurant en daar wordt gestopt om wat te eten. De mannen zetten zich stoer aan een portie vlees, wij vrouwen houden het maar bij een salade en dat is maar goed want de porties zijn hier weer  zeer royaal. Onderweg hebben we schitterende vergezichten over het portgebied en de Dourovallei het is een fantastisch landschap boordevol afwisseling. Bij een bron worden het gezicht en de handen opgefrist. Dan na een afdaling van 15 km, wat ook niet echt makkelijk is want we krijgen kramp in de vingers van het steeds maar in de remmen knijpen, arriveren we in Pinhão  en bij Restourante Ponto Grande worden we met een portje ( en een open been) ontvangen. Dan begint de pret: we ontdekken dat onze koffers er nog niet zijn dus lekker douchen en omkleden is er nog niet bij. Een taxi chauffeur gaat bellen later komen we erachter dat hij de koffers op had moeten halen. We gaan alvast naar onze kamer en door de dochter des huizes worden we het dak opgeleurd om het ‘spektakel’ te bewonderen: een dakterras met uitzicht over de Douro het is inderdaad erg mooi. Wij hebben een kamer met een balkon uitzicht op het  mooie station en de douro. Het station heeft mooie tegeltableaus. We lopen maar naar het water en strijken daar neer op een terrasje en genieten van een biertje. Inge kunnen we vanaf hier niet bereiken met onze telefoon. Als we terug komen zijn de koffers er nog steeds niet om half acht komen ze pas dan snel douchen en om 8 uur aan tafel. Het eten is goed maar niet bijzonder. Na het eten

maken we dat we hier weg komen en lopen weer naar het water en genieten daar van de avond en een heerlijk glaasje wijn. Het is de hele nacht erg lawaaiig.

 

Zaterdag 20-06-1998

De klucht wordt vervolgd. Tijdens het ontbijt beginnen er toestanden over hoe onze koffers en fietsen vervoerd moeten worden want voor ons staat eerst een treinreis op het programma .Wij gaan met de Douro lijn naar Pochinho en vandaar begint de fietstocht naar Penedono over een afstand van 43 km. De taxi chauffeur van gisteren komt opdraven en van wat wij begrijpen brengt hij onze koffers weg, daar gaat weer een ander zich mee bemoeien en uiteindelijk brengt hij onze koffers met zijn taxi naar het station aan de overkant. Wij laten het allemaal maar begaan en kijken alleen toe of het allemaal goed gaat. In het station gaat de film verder de koffers en fietsen worden gelabeld en uiteindelijk voor in de trein geïnstalleerd. Het wordt een mooie maar vermoeiende lawaaige tocht langs de douro. Met de veiligheid nemen ze het hier niet zo nauw deuren blijven open en iedereen gaat gewoon uit het raam hangen. Als we in Pochino aankomen, staat er al een taxi te wachten om onze koffers te vervoeren dat is dan tenminste goed geregeld. We nemen de fietsen weer in ontvangst en maken ons op voor de tour.  Aanvankelijk rijden we rustig door een olijfbomen vallei en genieten we nog op de fiets, maar na ong. 5 km begint het: klimmen en hoe, regelrecht afzien en het eind is nog lang niet in zicht we moeten helemaal boven op de berg zijn. Dit heeft meer weg van een commando oefening dan van een fietstocht. Hier gaat dan ook ieder zijn eigen weg als je kan op de fiets en anders lopen. Het water dreigt ook op te raken en de laatste slokken worden dan ook voor noodgevallen bewaard, eerst kijken of er boven in het dorpje een cafeetje is of een dorpspomp om het water aan te vullen.  Jan en Riet leggen een stuk achterop als wij eindelijk het dorpje S.Amaro komen. Een café is er niet, een passerende vrouw bied aan om koffie voor ons te zetten, het is lief aangeboden maar met water redden we ons ook nog wel. Als we enigszins zijn bekomen, een beetje opgefrist aan de pomp en de dorst gelest, dan rijd eerst Jan het pleintje op en even later volgt Riet, vlak voor de pomp valt luid kletterend het routebordje van haar fiets dus wij in een deuk. Bom dia (= goeie dag).  Een oud vrouwtje passeert te voet met wat spullen op het hoofd waaronder een sikkel die op haar schouders bungeld zo te zien komt ze recht van het land. Alles wordt hier op het hoofd gedragen zelfs stapels koolbladeren. Als we weer op adem zijn gaan  we weer verder het blijft afzien deels lopen deels fietsend hetzij zeer langzaam bereiken we tenslotte Penedono en rijden meteen naar Snacbar Afonsinho do Condado waar we hartelijk worden ontvangen en meteen bier bestellen want dat zijn we hard aan toe vinden wij. Jan en Riet zijn in aantocht we komen er niet onderuit: eerst moeten de fietsen binnen, ondertussen arriveren Jan en Riet ook en dan begint ons feestje de (zelf) overwinning moet worden gevierd, dus gaan er eerst een paar biertjes naar binnen en dat

smaakt toch zo lekker. Dan de kamers en om zijn beurt in bad want we delen hier de badkamer, en dan eten. De Gastvrouw heeft een heerlijke vispot gekookt tevoren heeft ze geïnformeerd of wij grote eters zijn want volgens haar was een pot genoeg voor ons vieren, en dat had zij juist ingeschat. Onder het genot van een heerlijk wijntje hebben wij het ons goed laten smaken.[1] Ondertussen wordt de tocht nog eens doorgenomen we zijn het er unaniem over eens dit was niet echt leuk we hebben eigenlijk nog niet lekker kunnen fietsen, Maar alles wat we zien en beleven vergoed alles en savonds zijn we ook alles weer vergeten en kunnen toch zeggen dat we er van genieten, al met al is het overdag een enorme inspanning maar tevens zeer ontspannend. Tenslotte duiken we doodmoe in bed en slapen als een os.

Zondag 21-06-1998

Om 9 uur zitten we aan het ontbijt we hebben een goede nachtrust gehad. Het is hier erg rustig je merkt dat het zondag is. We pakken vol goede moed de fiets en beginnen aan een nieuwe tocht, kijken wat deze dag ons weer brengen zal.  Vandaag rijden we naar Tabuaço een afstand van 45 km. In het dorpje Ferreirim krijgen we een prive rondleiding in een heel mooi kerkje dat momenteel wordt gerestoreerd en daardoor gesloten is. Een paar vrouwen bemerken onze belangstelling voor het kerkje als we ervoor staan en meteen wordt er een sleutel geregeld. Het gaat hier allemaal zo makkelijk. De rit verloopt al klimmend en dalend maar goed te fietsen en steeds afwisselend landschap. In de buurt van een publieke wasplaats  in een klein dorpje staat een groenteman, we stoppen en kopen wat sinasappels en een flinke meloen. De sinasappels worden bij de wasplaats genuttigd want dan kunnen we de handen wassen en wat km’s verder bij een stuwmeer Barragem de Vilar gaat de meloen er aan. Het fruit smaakt hier heerlijk je proeft dat het door de zon gerijpt is. Het laatste stuk naar Tabuaço is weer stijgend maar goed te doen. In het dorp is het St.Jansfeest aan de gang. Het dorp ziet er gezellig uit: overal poorten versierd met slingers en muziek. Midden in het dorp staat een hele mensen menigte te wachten op de optocht als ze ons zien begint iedereen te klappen en te juichen, dat is nog eens een binnenkomer. Met ons arriveren meteen de koffers dat is mooi op tijd. We logeren in Recidencial Satélite. Riet heeft nog een sleutel van het vorige hotel in de zak dus die wordt meteen met de taxichauffeur mee teruggegeven. We worden hier gastvrij ontvangen. Een jongeman staat erop onze koffers naar boven te brengen, na twee koffers is hij bekaf en vraagt of we met ons “goud” op weg zijn, de koffers wegen dan ook loodzwaar. Omkleden en dan het dorp verkennen en natuurlijk even een terrasje pikken, genieten van het nog steeds heerlijke weer.We gaan terug naar het hotel om te douchen en om 20.00 uur zoeken we een restaurant om te eten het wordt vandaag gebakken inktvis met sla en een lekker flesje wijn het smaakt goed. We lopen een rondje en pikken nog een terrasje, dan terug naar het hotel

waar we nog even op het balkon neerstrijken het is erg lawaaiig met al die feestgangers, veel jonge  lui die op de autocross afkomen en ook zonodig door het dorp moeten gaan scheuren.

 

Maandag 22-06-1998

Vandaag eerste rustdag. Na het ontbijt brengen we eerst een bezoek aan de plaatselijke supermarkt ze verkopen hier echt alles tot meubels toe. Bij de broodafdeling moeten we even wachten en zien dan dat er een paar oude mensen een biertje nuttigen op zich heel gewoon maar niet smorgens om 9 uur.

Dan beginnen we aan de rondrit van 21 km. We kijken eerst bij een kapelletje daar werden vroeger ongehuwde moeders opgevangen.  Dan in een klein dorpje drinken we wat in een leuk cafeetje dat door een jong stel wordt gerund en ook hier wordt het hele dorp gemobiliseerd iedereen komt weer even om de hoek kijken.  Op een pleintje in een dorpje bij een kerkje hebben we geluncht. We hebben overal mooie vergezichten. Het is een mooie tocht lekker op het gemakje door de omgeving. Savonds eten we in een ander restaurant gebakken paling. We krijgen eerst een streekgerecht om te proeven: paling in een of andere zure saus, een stukje is wel lekker maar een hele maaltijd van dat spul daar voelen we niets voor. Aanvankelijk loopt de communicatie erg moeilijk maar op een gegeven moment krijgen we toch contact en uiteindelijk gaan we met een kaart van de plaats naar huis en of we onze vrienden willen sturen. We hebben nog heerlijk op een terrasje gezeten het is een heerlijke avond. Snachts is het een stuk rustiger.

Dinsdag 23-06-1998

Vandaag is ons einddoel Dalvares over een afstand van 47 km.  In het  zeer oude romantisch aandoende dorpje Santiago kopen we in een leuk supermarktje wat te eten. Ook deze winkel wordt weer door jonge mensen gerund. Wij vragen om blikjes fris, dat wordt even handen en voeten werk maar men beduid ons dat we even mee moeten naar een cafeetje twee huizen verder om de blikjes uit te zoeken. Even verder door het dorp (zie video) bij een kapelletje wordt er lunchpauze gehouden als wij gaan zitten slaat de klok twaalf uur.  In het dorp Salzedas bezoeken we een oude kloosterkerk. We krijgen van een oude man die we in eerste instantie niet begrijpen wat hij bedoelt een rondleiding. De mensen zijn hier erg trots op hun historische bezittingen, helaas is er geen geld voor restauratie, zij zijn afhankelijk van giften en subsidies. Ook op deze tocht vormen wij weer een bezienswaardigheid, schoolkinderen lopen hard achter ons aan alsof ze nog nooit een fiets hebben gezien. De aankomst in Dalvares bij Residencial ‘O 7’ Irmão (de zevende zoon) verloopt erg plezierig we hebben een mooie kamer lekker licht en schoon er staat zelfs een bankstel in dat maakt de kamer wel erg vol. Er is hier ook een enorm groot restaurant en van heinde en verre komen de mensen naar hier om te  eten. We maken hier kennis met iets wat we eigenlijk nog

steeds niet goed weten wat het is maar het is wel lekker: een soort boon die gezouten is die stop je in je mond en het velletje plop je eraf en leg je op een bordje het lijkt op tuinboontjes het wordt hier bij de borrel geserveerd. Het eten smaakt hier ook erg lekker. We hebben vanavond rundvlees voor de verandering. Na het eten zitten we nog wat en dan maar weer het bed in.

Woensdag 24-06-1998

Vandaag wederom een rustdag eerst op ons gemak ontbijten en dan op zoek naar een Quinta die hier in de buurt moet zijn als we er zijn is er pas een half uur later een rondleiding door de bottelarij dus besluiten we maar verder te gaan. De stemming zit er niet zo best in vandaag we zijn een beetje futloos. Wij besluiten door te rijden naar een klooster en Jan en Riet fietsen terug naar het hotel die hebben geen lust meer in een klimpartij op de fiets.

De klim naar het klooster valt erg mee een straat in een dorpje gaat steil omhoog dat is slechts een klein stukje lopen. Het is een erg mooi klooster helaas mag er niet gefilmd worden. Vooral de sacrestie is erg mooi ook hier weel veel tegeltaferelen.

Smiddags rijden we nog naar Tarouka ook een oud stadje en kijken daar nog wat rond. Op de terugweg komen we Jan en Riet tegen die gaan ook richting Tarouka wij bezoeken nog een ruïne en bij een brugje  stoppen we nog even om van de natuur te genieten. Savonds hebben we allen ons verhaal en genieten weer van een heerlijke maaltijd.

Donderdag 25-06-1998

 

Vandaag op weg naar Gralheira[1]de parel van de Montemuro. De afstand is 34 km, niet veel dus het zal wel weer klimmen zijn. Het wordt weer een schitterende tocht weer totaal ander landschap dan dat we tot nu toe gezien hebben, er wordt veel gefilmd onderweg. Bij een oude watermolen stoppen we nadat eerst de zevende zoon luid toeterend ons voorbij is gereden. We kijken op ons gemak wat rond en dan ineens komt er een auto met een Nederlands nummerbord voorbij die stopt meteen en even een praatje maken het blijkt een in Ijmuiden wonende Portugees te zijn en gaat hier op familie bezoek.  Langzaam aan wordt het landschap steeds ruiger en komen we op een hoogte van rond de duizend meter te zitten We ontmoeten ook nog een stel met ossenkar waarvan de man een aantal jaren in Duitsland heeft gewerkt. Op deze manier heb je veel contact met de plaatselijke bevolking mensen zijn blij dat ze even een praatje kunnen maken en in een mum van tijd hoor je hele familie geschiedenissen.  Bij Café ‘Costa do Moinho’ moeten we ons melden. In Gralheira hebben we een huisje in het dorp we zijn dus reuze benieuwd waar we terechtkomen. We worden allerhartelijkst ontvangen de baas ( jong) spreekt engels op een hele leuke manier. We drinken eerst wat, de fietsen worden daar in de garage gestald, en dan op weg naar ons “huis”  we lopen dwars door het dorp wat meer wegheeft van een lang boerenerf met overal

kippen en honden en wat we ondertussen vermoeden wordt waarheid we slapen in een echt oud huis met onder in de koeienstal. Het huis is eigendom van een in Lissabon wonende familie die het als vakantiehuis heeft omgebouwd. We hebben zelfs een badkamer en dat terwijl de meeste mensen nog geen stromend water in huis hebben. Wij hebben eenleuke kamer: vol familieportretten en overal staan schoenen  en naast de kast een stapel sierkussens. Het meubilair is rijkelijk met houtsnijwerk versierd. We nemen om beurten een bad, ook hier is het delen met vieren. Dan opweg naar het restaurant om 8 uur kunnen we aan tafel. De keuze is beperkt: vandaag stoofpot morgen geit. De stoofpot smaakt goed alleen de varkensoren laten we liggen. Het is weer een zeer overvloedige maaltijd.  Op weg naar het restaurant zien we overal mensen met koeien en geiten rondlopen alsof je in een middeleeuwse film terecht bent gekomen. Er lopen hier ook vrouwen met capen om volgens onze beschrijving zijn de capen van wol gemaakt  helemaal vervilt en waterdicht. Het is hierboven erg koud 20 gr. We hebben voor het eerst een trui aan savonds.  We vieren weer een avond feest en de weg naar huis is donker  maar we vinden ons huis weer terug. We hebben Inge nog gebeld.

Vrijdag 26-06-1998

Vandaag wederom rustdag tenminste dat had het moeten zijn. Na het ontbijt en het in ontvangstnemen van ons lunchpakket beginnen we aan een wandelingdie volgens de beschrijving in 4 uur gelopen kan worden maar daar hebben we zo onze twijfels over, en terecht.  We beginnen m 10.00 uur en om 18.00 uur zij we pas terug. Aanvankelijk is het stijgen, de natuur wordt steeds ruiger, we moeten door een stekelige toestand onze weg zoeken de markering is niet overal goed. We komen door een drassig gebied wat het kleine meer (Lagoa Pequena) genoemd dan klimmen we naar de Talefe Volgens de bewoners van Gralheira een hersteld Romeins monument, vanhieruit hebben we een mooi uitzicht, het is echter niet in te schatten of we al ver zijn of niet er is hier geen teken van leven te bespeuren. We lopen verder in de richting van de antennes van Portas de Montemuro vandaar een smal wegje  dalend naar een klein kapelletje, vanhieruit een vaag pad naar het dorpje Alhões. Hier nemen we nog de moeite om naar het dorp te lopen en in een cafeetje wat te drinken, cola hebben ze hier overal, hygiëne  niet het is er erg smerig, dus snel de dorst lessen en weer terug. Het is aanvankelijk moeilijk om  het juiste pad te vinden na een paar keer vragen komen we dan op een oude Romeinse weg terecht. We houden onszelf voor dat we nu snel in Gralheira zijn. Aanvankelijk lopen we door een mooi stuk natuur met links en rechts fleurige bloemenweides om vervolgens weer op een grasvlakte terecht te komen en eindeloos gaat het weer door. Het wordt nu toch behoorlijk op de tanden bijten. We moeten ook nog dwars door een wildernis van struiken een watertje over steken en dan uiteindelijk zijn we thuis. Doodmoe gaan we eerst nog wat drinken het is dan meteen weer een feest na zon

barre tocht smaakt alles dubbel zo lekker.  Dan naar huis voor een bad en schone kleren. Er gebeurt hier ondertussen nog iets leuks: voor de deur staan ze met een koe en daar komt de stier bij, midden in het dorp dat zie je bij ons toch niet meer.  Riet kwam ons een seintje geven en bij hen in de erker worden de ‘verrichtingen’ van Herman door ons gevolgd, we zitten hier wel loge. Herman bakt er niet veel van, wij hebben dikke pret. We moeten wel gaan eten en als we buiten komen blijkt dat Herman wel erg dicht bij onze uitgang staat dus lopen wij langs de andere kant van het huis langs de koeienstal naar beneden. Vanavond staat de geit op het menu en die smaakt heel lekker. Ook vanavond lijkt het weer feest. Moe maar voldaan rollen we weer tussen de lakens.

Zaterdag 27-6-1998

Vandaag wacht ons een zware toer naar Lamego, met als eindpunt Residencial ‘Solar do Se. Eerst sterk dalend en later sterk stijgend. We komen langs een ‘kwakend ‘ het  wemelt hier van de groene kikkers. We komen met de avondspits Lamego binnen, het is een mooi stadje. Na hotel inspectie zoeken we een leuk terrasje om wat te drinken. We hebben uitzicht op Santuario de Nossa Senhora dos Remedios (bedevaartskerk van onze lieve vrouw van de genezingen) Een prachtige barokke kerk uit de 18e eeuw met 600 traptreden naar boven de plateaus van de trappen zijn versierd met tegels voorstelende de staties van de kruisweg. De 600 treden zagen wij niet zitten. We eten vanavond in een aardig restaurant bief, en later zitten we nog heerlijk op terras het is weer een heerlijke avond.

Zondag 29-6-1998

Vandaag hebben we een simpele afdaling naar Regua. We kijken na het ontbijt eerst nog even in Lamego rond we hebben de tijd vandaag en besluiten dan toch mar te gaan rijden want onze mannen willen in Regua de Quinta bezoeken. Onderweg zien we veel fruitverkoop langs de weg: paar kistjes op de grond en verkopen maar. Het is weer bloedheet vandaag. Op een leuk terrasje drinken we koffie het is vandaag onze laatste fietsdag slechts 14 km te gaan dat stelt dus echt niets meer voor na twee weken afzien.  Voor Regua steken we de Douro over we hebben dan een mooi uitzicht op het stadje. Ons hotel staat vlak bij het station dat is makkelijk want morgen moeten we weer met de trein. In Recidencial O Imperio laten we onze fietsen achter, het zit er op. We brengen de spullen naar onze kamers even wat opfrissen en dan naar buiten het is hier heel wat warmer dan boven in de bergen. Vanaf  twee uur is de Quinta geopend, dus eerst op verkenning door de stad op zondag is er niet veel te beleven alleen de terrassen zijn vol. Het bezoek aan de Quinta valt wat tegen beetje uitleg, glaasje proeven, flesje kopen en we staan weer buiten. Er wordt savonds in een Sjiek restaurant gedineerd: we worden op onze wenken bediend elk slokje wordt ingeschonken we worden nog net niet door een ober gevoerd. Het eten is geweldig, het kost dan ook wat. Na de goedkope avondjes in de bergen  is dit echt het

tegenover gestelde, maar wel lekker. De rest van de avond slijten we op een terras aan het water en zo is er weer een fantastische dag voorbij.

Maandag 30-6-1998

Vandaag van Regua naar Porto met de trein. Zonder fiets, wel met de koffers het is toch vreemd om na al die dagen de fiets achter te laten. De treinreis is vermoeiend, we worden loom van de hitte we hebben een eerste klas kaartje, maar dat stelt hier niet zoveel voor.  Op de middag komen we in Porto aan we kijken eerst met verbazing rond in het station: rondom tegeltaferelen, werkelijk schitterend. We lopen te voet naar het hotel dat is niet zo ver. Dan eerst de kamer, koffer weg zetten wat opfrissen en dan de stad in. Probleem we hebben dezelfde krakkemikkige kamer als de eerste keer als Cor de deur dicht wil trekken staat hij met de deurknop in de hand Net op tijd komt er iemand van de receptie naar boven dus die klampen we meteen maar even aan. Geen probleem er zijn timmermannen bezig op de etage dus die lossen het meteen op, een paar grote schroeven erin en klaar is Kees. We kunnen op weg. We ontdekken een mooi winkelcentrum dat hadden we de eerste dag hier gemist. Op een terrasje midden in de stad drinken we lekker wat, nog even genieten van de zon want in Nederland zal het wel minder zijn.  S’avonds lopen we naar de kade eerst drinken we daar nog wat op een terras aan het water en dan zoeken we een restaurantje, we denken iets leuks gevonden te hebben maar dat valt achteraf tegen. Als we aan het voorgerecht zitten wordt het hoofdgerecht al naast ons neergezet snel even afwerken dus dat is toch een domper op de laatste avond. We besluiten daarna terug naar het centrum te lopen en daar een terrasje pikken, maar alle terrassen zijn ondertussen opgeruimd  en terug naar de kade daar hebben we niet zoveel zin meer in. We besluiten om dan op de hoek van de straat binnen te gaan en nog even wat te drinken, dat kan, maar ook hier gaat weldra de deur op slot dus dat zit ook niet mee het is er ook niet echt gezellig binnen. Dat wordt dan op tijd naar bed vanavond. De volgende dag  dinsdag wacht ons dan de vlucht terug naar huis. Als we smorgens vertrekken is het bewolkt. Op het vliegveld aangekomen hebben we nog een zee van tijd veel te winkelen is hier niet. Als we het vliegtuig instappen komt ook de zon weer door nog lekker even genieten en dan naar binnen.

Na een voorspoedige vlucht is het nog even wachten op de koffers en dan op naar huis. We hebben nog lange tijd nodig om alle indrukken te verwerken. Het was een hele beleving: zwaar maar erg mooi. Blij dat we het gedaan hebben.


 


 


 

Maak jouw eigen website met JouwWeb